Wet and dry then wet again, in salt water and fresh. It’s not easy to cope with the constant ebb and flow. To survive, the creatures and plants that live in mangrove forests have had to adapt to the ever-changing conditions.
Sea creatures dry out at low tide and land animals and plants are exposed to salt water every twelve hours. The constant alternation of extreme conditions has produced strongly specialised species of flora and fauna.
Salt and fresh
Wet and dry then wet again, in salt water and fresh. It’s not easy to cope with the constant ebb and flow. To survive, the creatures and plants that live in mangrove forests have had to adapt to the ever-changing conditions. Sea creatures dry out at low tide and land animals and plants are exposed to salt water every twelve hours. The constant alternation of extreme conditions has produced strongly specialised species of flora and fauna. There are almost no frogs in mangrove forests because their skin offers no protection against salt water.
Bomen met luchtwortels
Een opvallend kenmerk van mangrovebomen zijn de luchtwortels. Sommige mangrovebomen (Sonneratia) laten vanuit hun ondergrondse delen recht omhoog groeiende luchtwortels groeien (penwortels). Andere soorten (Bruguiera) laten hun ondergrondse delen knievormige uitgroeiingen boven de bodem maken. Dit levert de karakteristieke mangrovebomen met hun bovengrondse wortels. Mangroven groeien het beste op zoute slikgronden.
Zoet en zout
Nat en droog en dan weer nat in zout en zoet water. Leven met grote dagelijkse verschillen in hoog en laagwater valt niet mee. Om voort te kunnen bestaan hebben de dieren en planten van de mangrove zich aan moeten passen aan de wisselende omstandigheden. Zeedieren krijgen bij eb te maken met uitdrogingsverschijnselen en dieren en planten die van oorsprong op het land thuishoren, worden elke twaalf uur bloot gesteld aan zout zeewater. De steeds wisselende extreme omstandigheden hebben ervoor gezorgd, dat dier en plant sterke specialisaties vertonen. Er komen vrijwel geen kikkersoorten voor in de mangroven, omdat hun huid geen bescherming biedt tegen het zoute water.
Mangroven en biodiversiteit
Mangroven zijn belangrijk voor de biodiversiteit. Het zijn kraamkamers voor vele soorten zeevissen. Ook andere diersoorten zoeken bescherming tussen de mangrovewortels. Sommige diersoorten komen zelfs alleen maar in mangroven voor, zoals bepaalde soorten vissen en krabben.
Bekende vissen van het mangrovebos zijn slijkspringers (collectie). Deze vissen hebben pootachtige borstvinnen waarmee ze op de wortels boven water kunnen klimmen om insecten te vangen.
Wintergasten
Voor broedvogels uit het hoge noorden zijn mangrovegebieden belangrijke overwinteringplaatsen. Miljoenen steltlopers hoppen van hun broedgebieden in de toendra via de waddengebieden in Europa en Azië naar de slibkusten in Afrika, Azië en zelfs Australië en soms Nieuw-Zeeland. Daarbij leggen ze in één keer of in een paar etappes vele duizenden kilometers af.