In een korte introductie en met een proefje leer je wat ‘het weer’ is. Daarna ga je zelf op onderzoek rond het thema klimaat. In kleine groepjes kies je vragen uit die je gaat beantwoorden. Deze vragen gaan over koude klimaten en warme, droge klimaten.
Welke dieren hebben last van klimaatverandering? Hoe komt het dat een ijsbeer goed tegen de kou kan? Wat deden de Hopi-Indianen om het te laten regenen? Waarom kun je in droge grond geen planten verbouwen?
Aan het einde van de les deel je de antwoorden met elkaar en komt Nederland ook nog even aan bod.
Lesdoel
Je leert wat weer en klimaat zijn en gaat dieper in op twee klimaatgebieden: het koude poolklimaat en warme droge klimaten.
Kerndoelen
Kerndoel 43
Oriëntatie op jezelf en de wereld: natuur en techniek
De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind.
Kerndoel 49
Oriëntatie op jezelf en de wereld: ruimte
De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdienst.