“Het was zo bitter er niet meer bij te horen.”
“Dit was nu je woonplek op aarde.”
“Rattenvlees is lekker, hoor!”
“Ik buig en kijk de kerel er zo woedend mogelijk bij aan.”
“Tweeduizend vrouwen en kinderen, 35 wc’s.”
“Ik had dikke benen van de hongeroedeem.”
“Alles behoort aan Nippon. En uzelf? U behoort ook aan Nippon.”
“Ze werden de hele dag in kooien van ijzerdraad in de zon gezet.”
"De dode werd in een kuil gegooid. Zand erover.”
“We gebruiken onze hersenen nergens voor, behalve voor het koken van rijst.”
“Ondanks alle narigheid zouden ze ons er niet onder krijgen.”
“Mijn man herkende me niet meer."
Deze pagina is onderdeel van de digitale tentoonstelling Getekend. Persoonlijke verhalen over de Japanse bezetting.